door duijster op 25 feb 2010, 21:53
Hoi,
Ik ben in september begonnen met de opleiding en de eerste dag ga je gewoon in de klas zitten met een kladblok en pen en noteer je alles wat de juf of meester doet en zegt. Je observeert dus. Je kijkt naar de reacties van de leerlingen en neemt deze na de lessen met je mentor (de juf of meester bij wie jij stage loopt) door. Hij of zij zal je uitleggen waarom hij zo reageerde bij die leerling, waarom hij op dat moment geen vragen beantwoorde van leerlingen, waarom hij wou dat het toen stil was, etc etc.
Hier leer je dus van. Voor jezelf moet je eigenlijk vantevoren bepalen waar een ideale leraar aan moet voldoen. Moet hij/zij streng zijn, vriendelijk, grappig, sociaal, duidelijk, hard kunnen praten, veel lachen, etc etc. Alles wat je genoteerd hebt, bepaald voor jou hoe een ideale leraar eruit ziet. Dit lijstje wordt naarmate de opleiding vorderd, steeds langer.
Aan het einde van de eerste stagedag ga je je vragen stellen aan je mentor, en ga je hem/haar vertellen wat je geleerd hebt en wat je opgevallen is.
Nu ga je je lijstje van je ideale leraar na, en vraag je hoe je hier aan kunt werken. Stel, jij wil dat de klas stil is tijdens een uitleg van een les, dan heb je van je mentor gezien hoe dat moet. Je stel hem/haar hier vragen over en probeert dat de volgende keer zelf.
De tweede stagedag ga je gewoon wat kinderen helpen met werkjes, nakijken, aankleden, troosten of misschien komen de leerlingen al naar je toe om te vragen of je ze wil helpen met bouwen, aardrijkskunde of spelling.
Ik ben in september begonnen in groep 8, ben 38 jaar en man, heb een open houding en het klikte meteen met de kinderen. Als je laat zien dat je het niveau aankan en dat je ze kunt helpen door sommen of lessen goed uit te leggen, komen ze vanzelf.
In overleg met je mentor ga je vanaf de tweede of derde stagedag een les geven. Dit hoeft maar een half uurtje te duren.