Ik wissel mijn 'pet' af: op het ene moment ben ik lekker vrolijk en doe ik gek (als het kan op dat moment hoor) en als het nodig is, ben ik streng en duidelijk. Zo was vandaag het rode werkmoment een kippenhok. Niet stil werken als dat nodig is. Dit heb ik nogmaals aangekaart in de kring en toen ben ik best boos geworden op het gros van de kinderen. Daarna zucht ik even overdreven en vraag ik aan de kinderen wat we nu gaan doen. Dan is het 'boze' moment voorbij en kunnen we leukere dingen doen.
Als de kinderen allemaal tegelijk iets van mij willen - en dat gebeurt elke dag - dan ben ik duidelijk ('jongens, vorm een rij, want op deze manier werkt het niet'), maar kan ik ook wel eens gek doen ('wat heerlijk, allemaal kinderen die een knuffel van mij willen' (wilden ze helemaal niet, maar vinden dat zo grappig dat ze mij spontaan knuffelen, waarna ik ze naar hun hoek terug stuur. Als ze je echt nodig hebben, komen ze wel weer terug) )
Als ik het zo overdenk, ben ik vooral grappig bezig. Zelfs als ik streng moet optreden, maak ik er nog een grapje van. (zoals het kippenhok. 'Jeetje, wat zijn jullie druk. Het lijkt wel een kippenhok hier binnen. Nu even rustig werken hoor, anders haal ik de vos en die lust wel een kippetje)
O ja, kinderen die niet meedoen in de kring. Ze krijgen van mij 3 waarschuwingen, bij de derde waarschuwing mogen ze van mij even op de nadenkstoel zitten. Dit is een stoel buiten de kring, met de rug naar de groep toe. En niet alleen dreigen, maar ook echt uitvoeren, hoor. Anders nemen de kinderen een loopje met je. Ik ben dan ook heel duidelijk:
- Dit is je eerste waarschuwing. Ik wil dat je oplet en dat je rustig blijft zitten.
- Dit is je tweede waarschuwing, ik wil dat je oplet en dat je rustig blijft zitten.
- Dit is je derde waarschuwing, nu ga je maar even op de nadenkstoel zitten omdat je nog even moet nadenken hoe je in de kring moet zitten. Na vijf minuten gaan wij even praten.
Mijn eigen kleutergroep.